hoe franciscus sprak
C - Werkvorm Bijbelse uitspraken en zinsneden: koorprincipe per twee: uitspreken en antwoord/reactie
! Opgelet - Deze werkvorm kan enkel begeleid worden door iemand die een bibliodrama-opleiding heeft gevolgd en dit spel dus met de nodige zorg kan begeleiden.
materiaal
Onderaan op deze pagina vind je een pdf-document met alle instructies voor deze werkvorm dat je kan downloaden.
- De tekst: het kerstverhaal van Greccio
- Papier en schrijfgerief
- Flapover en stift
- Doeken en een kist met hooi
- Bijbel
STAP 1: DE TEKST LEZEN
De deelnemers lezen het hele verhaal van Kerst in Greccio, vervolgens alinea 4. Daar markeren ze de woorden en zinnen die betrekking hebben op de stem, het spreken…van Franciscus.
Hij zong met welluidende stem het evangelie.
Krachtig en helder riep hij iedereen op voor het hoogste goed.
Hij preekte met meeslepende woorden.
Hij brandde van liefde wanneer hij sprak over het kind van Bethlehem.
Telkens als hij ‘Bethlehem’zei, leek het alsof hij blaatte als een schaap.
Als hij de woorden…, likte met zijn tong langs zijn lippen…
…alsof hij zoete woorden proefde en langzaam op zijn tong liet smelten.
De begeleider noteert de zinnen op flap zodat ze zichtbaar blijven gedurende het verloop van de sessie.
Hij zong met welluidende stem het evangelie.
Krachtig en helder riep hij iedereen op voor het hoogste goed.
Hij preekte met meeslepende woorden.
Hij brandde van liefde wanneer hij sprak over het kind van Bethlehem.
Telkens als hij ‘Bethlehem’zei, leek het alsof hij blaatte als een schaap.
Als hij de woorden…, likte met zijn tong langs zijn lippen…
…alsof hij zoete woorden proefde en langzaam op zijn tong liet smelten.
De begeleider noteert de zinnen op flap zodat ze zichtbaar blijven gedurende het verloop van de sessie.
stap 2: verloop
De deelnemers lezen het kerstevangelie bv. Bijbel in Gewone Taal Lucas 2, 1-21. Ze kiezen elk voor zich een zin die hen het meest raakt of aanspreekt. Ze staan stil bij wat deze zin oproept aan gedachten, herinneringen, gevoelens, behoeften…
De deelnemers zetten zich op het speelveld per twee tegenover elkaar. Aan de ene kant staat ‘Franciscus’, aan de andere kant tegenover hem staat een ‘toehoorder’.
Beiden mogen zich in een bepaalde houding zetten en zich aankleden/bekleden met een doek om beter in hun rol te komen.
Deelnemer 1 (in de rol van Franciscus) zet op het teken van de begeleider een stap naar voren en brengt de gekozen zin zo naar voren zoals Franciscus deze zou brengen zodat de woorden ‘stralen’. (zie hierboven).
Deelnemer 2 (in de rol van toehoorder) zet op het teken van de begeleider ook een stap naar voren (richting ‘Franciscus’) en reageert spontaan met een antwoord, bemerking of uitspraak.
Beide deelnemers zetten vervolgens terug een stap naar achter.
Dit kan een paar keer achter elkaar gebeuren indien ‘Franciscus’ meerdere zinnen of uitspraken in gedachten heeft.
Indien dit voldoende aan bod is gekomen kunnen beide deelnemers ‘ontrollen’. Dit wil zeggen, ze draaien uit hun rol, leggen hun doeken aan de kant en worden terug zichzelf.
Wisselen van rol (en dus van kant)
De deelnemers zetten zich op het speelveld per twee tegenover elkaar. Aan de ene kant staat ‘Franciscus’, aan de andere kant tegenover hem staat een ‘toehoorder’.
Beiden mogen zich in een bepaalde houding zetten en zich aankleden/bekleden met een doek om beter in hun rol te komen.
Deelnemer 1 (in de rol van Franciscus) zet op het teken van de begeleider een stap naar voren en brengt de gekozen zin zo naar voren zoals Franciscus deze zou brengen zodat de woorden ‘stralen’. (zie hierboven).
Deelnemer 2 (in de rol van toehoorder) zet op het teken van de begeleider ook een stap naar voren (richting ‘Franciscus’) en reageert spontaan met een antwoord, bemerking of uitspraak.
Beide deelnemers zetten vervolgens terug een stap naar achter.
Dit kan een paar keer achter elkaar gebeuren indien ‘Franciscus’ meerdere zinnen of uitspraken in gedachten heeft.
Indien dit voldoende aan bod is gekomen kunnen beide deelnemers ‘ontrollen’. Dit wil zeggen, ze draaien uit hun rol, leggen hun doeken aan de kant en worden terug zichzelf.
Wisselen van rol (en dus van kant)
Stap 3 en 4: Nabespreking en afsluiting
De deelnemers zetten zich opnieuw in de kring.
De begeleider leest tot slot een stukje uit het kerstverhaal van Greccio (vierde alinea) en een stukje uit het kerstevangelie.
Er volgt een rondje waarbij de deelnemers hun ervaring delen met de groep.
Dit kan aan de hand van volgende vragen:
De begeleider leest tot slot een stukje uit het kerstverhaal van Greccio (vierde alinea) en een stukje uit het kerstevangelie.
Er volgt een rondje waarbij de deelnemers hun ervaring delen met de groep.
Dit kan aan de hand van volgende vragen:
- Hoe was het om in een rol te gaan staan?
- Hoe heb je de reactie van de toehoorder/Franciscus ervaren?
- Zie je een verband met je eigen leven of de bredere maatschappij?
hoe_franciscus_sprak_-_werkvorm_c.pdf | |
File Size: | 201 kb |
File Type: |
UITWERKING - Brigitte Puissant en Katia Van Cleynenbreugel, augustus 2023
BRON – AGTEN, J., HERREBOSCH, E., VERDUYN, K. en VERVOORT, L., ‘Bibliodrama begeleiden’.
Wegwijzers voor de praktijk, Uitgeverij Garant, 2007.
BRON – AGTEN, J., HERREBOSCH, E., VERDUYN, K. en VERVOORT, L., ‘Bibliodrama begeleiden’.
Wegwijzers voor de praktijk, Uitgeverij Garant, 2007.