Stille broeders
Een trage stap, en nog een, en zo maar voort. Ik liep een berg op. Ik weet niet meer waar. Wat ik me nog wel goed herinner zijn de kromming van het pad, de stenen voor mijn voeten, de naaldbomen links naar beneden, de koelte en de geborgenheid.
Naast me liep mijn broer, Gulle, al een uur of twee, in hetzelfde rustige ritme. Vakantie is geen haast hebben. Dat ik me dit alles herinner is één ding, maar dat ik die herinnering nu opschrijf heeft een aanleiding. Want midden in die geborgenheid hoorde ik mijn andere broer, Fox, zeggen: “Dat die twee uren naast elkaar kunnen lopen zonder elkaar iets te zeggen…”
Ik weet niet meer hoe hij zijn zin afgemaakt heeft. Maar even keken mijn reisgenoot en ik elkaar aan, om meteen, als ossen die een kar voorttrekken, onze stappen te vervolgen. En dan vervaagt en verstilt mijn herinnering. Dit is mijn verhaal. Ik heb geen idee of het iets zegt over broederschap. Maar dat is het wel.
Met dank aan Willem Marie Speelman
Naast me liep mijn broer, Gulle, al een uur of twee, in hetzelfde rustige ritme. Vakantie is geen haast hebben. Dat ik me dit alles herinner is één ding, maar dat ik die herinnering nu opschrijf heeft een aanleiding. Want midden in die geborgenheid hoorde ik mijn andere broer, Fox, zeggen: “Dat die twee uren naast elkaar kunnen lopen zonder elkaar iets te zeggen…”
Ik weet niet meer hoe hij zijn zin afgemaakt heeft. Maar even keken mijn reisgenoot en ik elkaar aan, om meteen, als ossen die een kar voorttrekken, onze stappen te vervolgen. En dan vervaagt en verstilt mijn herinnering. Dit is mijn verhaal. Ik heb geen idee of het iets zegt over broederschap. Maar dat is het wel.
Met dank aan Willem Marie Speelman