Maar oeioei, de flanken beginnen wat in te zakken en vanaf Volargne schieten er nog enkel ruwe steile wanden over waar klimmers hun handen, en voeten vol mee hebben 😮.
De armen wedijveren nog om ter langst, de linkse wint maar tegen Verona is alles polder-plat!
Naast bruggen vindt je hier en daar over de breedte van de Etsch een trede, afgeboord met 2 rijen, brede staptegels. Aan beide oevers leidt een ruw verweerd trapje ernaar toe. Ik kreeg onderweg een kleintje van een meter of 6 over een riviertje. Eerst grote ogen 👀 maar ging goed. Toch wel blij dat ik naast mijn stok ook nog ouderwetse stevige hoge stappers aan mijn voeten heb.
In de vallei had elk type verkeer meestal zijn eigen plek maar nu de armen wegvallen is koning auto heer en meester. Noodgedwongen sloot die een pact met de vele wielrenners die, zeker in het weekend, hun plaats opeisen op de weg. Maar steek daar nu niet teveel voetgangers bij en toch zeker geen pelgrims die te voet van stad naar dorp naar stad trekken.
Maar oefening baart kunst. Elke iets uitwijkende auto krijgt een zwaaitje van mij en voor eentje mocht ik snel een struik induiken. Voor dikke vrachtwagens zoek ik de berm op. Hier en daar zorgt een gemeente, toch binnen zijn grenzen, voor een gedeeld voetgangers/fietspad. Ik nodig mijn collega-pelgrims, kwestie van bewustmaking, om ook eens de oostelijke route te nemen 😜.
Maar Italianen hebben een goed hart. Gisteren, naar Bovolone, vroeg een vriendelijke vrouw met een lief klein hondje me binnen om iets te drinken. Zij sprak heel goed Spaans en had veel ervaring met lange reizen in Zuid-Amerika. Haar man sprak heel goed Engels. Beiden hadden grote interesse voor mijn wel en wee onderweg. Hij had nog geen alleen-reizende pelgrim ontmoet en was hierover zo verwonderd dat ik van verbazing hun naam vergat te vragen.
Vandaag, onderweg naar Legnago, nam de barbedienende twintiger de bloglink over. Ze vond zo'n pelgrimstocht te voet wel heel cool 😁.
Morgen trek ik naar het dorpje Trecenta en dan mag ik zuidwaarts naar de Po-vlakte, richting Bologna.
En voor wie met het welbevinden van de koekoek zou inzitten: Ik hoor er elke ochtend minstens twee 😛.